Brief 3 Giel
Lieve Francois,
Ik ga iets uitproberen, en je hebt geen idee hoe zwaar je onder de indruk gaat moeten zijn mocht het me lukken. Ik ga een korte brief schrijven! Streefdoel: 1 pagina en een beetje. Verwachting: 4 pagina’s en een beetje.
Er is een grap onder mijn vrienden, de beste vrienden, die m’n spraakberichten verdragen, namelijk: juist eenmaal ik aankondig dat ik het kort houd, wordt dat het nooit. Zij kunnen op snelheid x2 afspelen, jij daarentegen...
Ook jij hebt even moeten wachten. Sorry. Het was niet met voorbedachten rade, het leven nam me even mee. Maar ik nam jouw brief evenzo mee. Bus, trein, Brussel, Friesland, bureau, bank, balkon. En hier zijn we. Bureau. Het kwam eigenlijk goed uit: er zit veel in je brief en het was leuk daar de tijd voor te nemen. Je schrijft rijk en lyrisch, een beetje als een meeslepend leven. Voelt jouw leven meeslepend? Je schrijft dat je de grote levensvragen die zich nu en dan aandienen met vreugde benadert, of dat tracht. Hoe doe je dat? En wat voor een vragen wurmen zich het meest je gedachten in en hebben dan het zwaarst gewicht op je gemoed? Ik denk dat ik er wel iets van herken, misschien wel veel.
Schertsen is een mooie manier van verbinden met het leven en de levens om je heen, net als het kleine zien en eren. Ik vind het mooi om te lezen wat je over je tandartsafspraak schrijft. Heel inleefbaar. Is er wel eens iets met een lange loop voortgekomen uit zulke interactie? Ik heb zo wel eens mensen op bussen ontmoet, een heeft m’n leven nooit verlaten. Of had ik dat al met je gedeeld? Mijn laatste brief voelt ver weg. Heb jij er ook aardigheid in om als een alchemist het donkere met het lichte te vermengen in humor? Het is niet aan iedereen besteed.
Je vraagt me hoeveel persoonlijkheden ik heb. Veel. Eigenlijk vraag je me hoeveel talen ik spreek. Drie en nog wat. Ik leer nu Spaans, maar het vlot niet echt. Maar wat al vloeit: Nederlands, Engels en Frans.
Zou je jezelf anders kleden als je bij aanbreken van de dag weet dat je maar een van je tongen gaat gebruiken, en ook weet welke? Je vergelijkt een taal spreken met jezelf kleden en ik neem het opzettelijk te letterlijk; het beeld is te mooi. Maar om je vraag te beantwoorden: in het Engels voel ik me ronder en geleerder, hoog. In het Frans voel ik me langer, gesierd en zacht. In het Nederlands voel ik me geaard, bruin in mijn stem en dieper. Waarschijnlijk omdat mijn wortels hier liggen.
Iets meer op afstand bezien: ik denk dat het Nederlands heel zwaar wordt gebruikt, als een Germaanse taal, heel aardekleurig, beter voor stevige literatuur dan een licht gesprek. Mijn vermoeden is dat, eenmaal het gemakzucht van Engelse leenwoorden afgeleerd, we een taal tot onze beschikking hebben die niet alleen heel degelijk is maar ook speels. Niet alleen literair en theatraal maar ook vlot, licht en naar het leven. De grote mix van Germaanse en Romaanse woorden, alle klinkercombinaties en de verschillende klanken van de ‘r’ alleen al maken het een rijke en wendbare taal – ideaal voor schrijvers.
Hoe voelde het Nederlands voor jou bij de eerste ontmoeting, en nu? Wat is een taal die jou aantrekt, die jij echt zou willen leren? Trouwens, wat is je Nederlands goed!
Iets heel anders: heb je wel eens geprobeerd de verschillende persoonlijkheden in je een naam te geven?
Hoe staat het met je Boerse plan om (meer) betekenis te vinden in je werk? Is Parijs dichterbij gekomen? Ben je op dit moment vol overtuiging iets aan het nastreven? Ik fantaseer regelmatig over het bureau verruilen voor een boerderij, afgelegen maar niet ver weg, in de rust, waar ik alles heb wat ik nodig heb, zelfredzaam, ongestoord en onafhankelijk. Maar dan word ik wakker en dan wordt dat pensioen genoemd.
Vice Versa klinkt als een warmgeel lampje met een zachte gloed in een donkerblauw landschap. Een herberg voor reizigers en (ver)vreemden. Ik weet nog dat ik lampjes zocht toen ik mijn zinnen had gezet op Amsterdam. Zou je zeggen dat je hier metgezellen hebt gevonden met wie je meer deelt dan je schrijversdroom? Hoe ziet zo’n avond eruit? Wat voel je als je erheen gaat en hoe keer je huiswaarts? En: waar schrijf jij momenteel aan op dinsdagavond? En en: heb je nieuws van de bundel? Wat stoer dat je je schrijfwerk hebt ingestuurd!
We hebben iets gemeen. Aan beide einden van deze langzaam ontsluierende anonimiteit zit iemand die van jongs af aan heeft geschreven en gedroomd heeft daar groot mee te groeien en worden. Op het moment schrijf ik aan een groot verhaal (ik schuw het een boek te noemen). Het is een absurde, komische en angstaanjagende reis. Waarheen? Geen enkel benul. Het eindpunt ken ik nog niet. Ik laat me graag verrassen door wat er op papier komt eenmaal ik er een pen op zet. Als een chemische reactie waarvan je de uitkomst niet kent, grillig en onvoorspelbaar. Dat maakt het nu ook juist lastig.
Maar ik heb een manier gevonden die voor me werkt en ik schrijf sinds mijn vorige brief elke dag. De hoogtepunten zijn de ochtenden in bed met koffie, wanneer ik de buitenwereld buiten laat en compleet door geestdrift gegrepen diepere (of hogere?) lagen in mijn gevoelswereld aanboor. Dat noem ik dan magie. Maar ook een hoogtepunt was dit weekend uit bed rollen, via een patisserie naar het Oosterpark fietsen met mijn schrijfvriendin en daar schrijven onder een boom. Heb jij schrijfrituelen of -gewoonten? En heb je al een idee van je boek – een personage, een plek, een moment of zelfs een plot? Voel je niet verplicht te delen, creativiteit is kwetsbaar.
Als je huis is waar je hart is, dan verlaat je Amsterdam nooit, al laat je het achter. Is dat geen troostrijke gedachte? Je sluit mooie momenten in het hart, afgaande op wat je opsomt in je brief. Ik hoop dat je leven zo rijk aanvoelt als het klinkt, dat je ervan geniet en dat je je eraan weet te herinneren wanneer dat niet het geval is. En ... Heb je me gezien op de Ring 21 juni? (Het zal mij benieuwen... ik was er namelijk uiteindelijk toch niet.)
Wat mooi dat je nieuwe rituelen vindt in de pas met de natuur. Hoe komt dat? En hoe bevalt het? Sinds ik in Amsterdam woon en sinds ik een baan heb, ben ik heel happig op rituelen. Meest mijn rituelen centreren zich om de maan. Ik heb altijd iets met de maan gehad. Als kind baadde ik het liefst in het licht daarvan. Dan liet ik mijn gordijn open voor ik ging slapen. Mijn achternaam helpt met het inbeelden van een speciale relatie met dat stuk steen. Ik gebruik de fases van de maan om stil te staan bij mezelf en met meer intentie en diepgang te leven. Maar ook om begin en eind te markeren. En om iets hogers, magisch te trachten voelen, wat in mij zit maar geen ontwikkelde zintuigen heeft. Maar ik heb ook vlakke rituelen, zoals chips. Hoe zien jouw rituelen eruit? Geeft de aarde jou iets of is de natuur veeleer aanleiding tot bezinning?
Hoe gaat het met je avonturiersporten? Is het pad van je trailmarathon al snelbewandeld en heb je al een moment gepland voor paragliding in Zuid-Afrika?
Ik waardeer je vraag. De vraag of ik een avonturier ben in de wereld of in mijn gedachten. In de eerste plaats het laatste. In de laatste plaats het eerste. Ik heb mijn momenten van spontane uitbarsting, van ‘en nu ga ik in het bos verdwijnen’ en ‘nu ga ik alleen naar Parijs of mezelf een week lang afzonderen in de duinen en ’s nachts in de winter wanneer er niemand te bekennen is, dansen op het strand.’ Altijd spontaan, intens en schijnbaar uit het niets. Toch, ik heb weinig nodig om op reis te gaan – ik heb een ruim hoofd. Voor mij is een boek (een pagina), een kunstwerk, een wandeling of wakker worden met mijn eigen gedachten genoeg om een hele reis te maken. Wat is voor jou avontuur? Waarin zit dat voor jou?
En, als laatste poging tot een brug in dit relaas vol stromen zonder overgang: is het niet precies avontuurlijk om een nieuw hoofdstuk in de liefde in te luiden? Wat bracht de ommekeer teweeg? En hoe laat jij jezelf genieten van de zoektocht? Waar ben je naar op zoek? Ik heb iemand ontmoet en voor het eerst sinds lang lijkt het geen huppeltje maar een duurloop (dit is dus wat mij een beetje afleidde van reageren op je brief – anticlimactisch nietwaar?)
Uitkijkende naar je volgende brief, hoe bont of bondig deze ook moge zijn (niet omslachtig),
Op het geluid van krekels in plaats van gure winterwinden, liefs,
Giel
PS het is gelukt! 1 pagina en een beetje (nog een hele)