Ik ben dus zoekende naar een nieuwe eh… ambitie

Hoi Regina,

Ja, inderdaad, we hebben veel overeenkomsten, leuk! We woonden zo’n beetje bij elkaar om de hoek, al was jij al weg toen wij aankwamen.

Want wij woonden tussen ‘02 en ‘19 in de Borgerstraat, met uitzicht op de achterkant van de Hema in de Kinkerstraat. Er zat toen een snackbar op de begane grond, nu restaurant Biladi. Toen wij er kwamen stond het blok Borgerstraat-JP Heijestraat aan de overkant er nog, verzakkend en gestut en alles. Na de sloop ervan hebben we jaren op een soort binnentuin uit kunnen kijken. De geplande nieuwbouw staat er nog steeds niet. Wel zagen we natuurlijk hoe de (Kinker)buurt de lift in ging en hoe de oude cafeetjes hippe koffietentjes werden. We waren de stad nog niet helemaal zat, maar de toegenomen drukte, zeker na de komst van De Hallen, begon het verlangen om meer ‘buiten’ te wonen steeds meer te prikkelen. Lopend naar de bioscoop kunnen en alle boodschappen doen binnen een straal van pakweg honderd meter heeft het verloren van bomen en vogeltjes (en bij noordenwind van de Tata lucht, maar dat kan niet heel lang meer duren…).

Ik ben heel benieuwd naar jouw gitaarcarrière. Hoe ging die? Ik kan me voorstellen dat ook hier die artrose het voortijdig einde heeft veroorzaakt, lijkt me een nare ervaring. Maar wel mooi dat je hebt kunnen overschakelen op schilderen. Ik probeer wat te (natuur)fotograferen, zonder ambitie.

Met mijn laatste band, dat was Gellybooty tot 2004, hebben we het nog tot 3 cd’s, Paradiso en een tour door Tsjechië geschopt

Op een jaartje in de vierde klas lagere school na ‘hoe ‘m vast te houden en de eerste akkoorden’ ben ik autodidact op de gitaar. Meespelen met (punk en hardrock)platen, het eerste bandje tijdens de middelbare school, repeteren in de garage van de bassist, een soort primitieve new wave rock. Met mijn laatste band, dat was Gellybooty tot 2004, hebben we het nog tot 3 cd’s, Paradiso en een tour door Tsjechië geschopt. Op een reünie in 2015 na heb ik nog amper een podium gezien. Af en toe speel ik nog wat en/of bewerk de opnames en maak er ‘nummers’ van, ook hier zonder ambitie maar wel op Soundcloud. Ik heb niet veel luisteraars, geloof ik.. Uiteindelijk heeft het autodidactschap ook het einde van mijn muzikantencarrière medebepaald. Ik stapte uit de laatste band toen het lezen van noten een ding werd en dat was dat.

Tsja en dan dat vissen, dat stamt ook al uit die ouwe tijd, maar dan bijvoorbeeld met opa op zijn bootje op de Kagerplassen, of op loopafstand van huis in de vaarten die door het dorp lopen. Maar al heel lang is zeevissen voor mij het ding, de Wassenaarse Slag was mijn eerste strandvisplek. Ik heb er inmiddels een welgevuld blog aan overgehouden. Inderdaad de omstandigheden, het water in alle gedaantes, de stroming, de wind, de geuren, de vogels én de eetbare vangst (want ja ik houd van koken en ‘mijn’ vis is écht vers…!) maken de zaak compleet. Het vissen vangen om ze weer terug te gooien, doe ik inmiddels met enige bedenkingen. op dat punt zijn mijn opvattingen over sportvissen in het algemeen aan het verschuiven. Ik heb het trouwens bijvoorbeeld nooit als sport gezien, het hoort eerder bij jagen -en dan een stuk onschuldiger natuurlijk- voor velen is het niet meer dan ontspanning. Maar daar begint het voor mij wat te wringen, want het blijft dan ontspanning ten koste van een wild dier, dat geen enkel voordeel aan ‘de kennismaking’ heeft. Nouja, ik heb vanwege het geknutsel aan de zuidpier de afgelopen maanden amper een hengel uitgegooid, dus de visstand heeft in ieder geval niet onder mij geleden ;-).

Ik heb weinig problemen met alleen zijn, maar begin het ‘gewone’ sociale verkeer wel een beetje te missen

Dat maakt deze coronatijd voor mij nu wel een soort duurloop, want het vissen zou me nu inmiddels wel wat lucht en ruimte brengen. Ik ben eigenlijk nog steeds een beetje herstellende van de -voor mij dan- roller coaster van 2019 en 2020. Ineens een beoogde droombaan én na 20 jaar grote stad de verhuizing naar een fantastisch huis -nieuwe omgeving, weinig kennissen, behalve de vismaatjes op de pier..- en dan ineens geen droombaan meer en in een dorp met nauwelijks bekenden. Kort daarna, eind ‘19 begin ’20, de al maanden tevoren geplande fantastische en indrukwekkende reis naar het zuiden van Mexico en daarna ben ik vooral eigenlijk als de kok, de tuinman en vogel- en andere beestjesspotter bezig geweest. Ik heb weinig problemen met alleen zijn, maar begin het ‘gewone’ sociale verkeer wel een beetje te missen.

We zijn de afgelopen tijd weinig op bezoek geweest, maar hebben wel mensen over de vloer en in de tuin gehad, tot aan een solo theatervoorstelling in de tuin aan toe. Een oude vriend -sterker nog, de drummer van het eerste bandje!-is acteur en had al een huiskamervoorstelling gemaakt. Het idee ontstond dat een keer in de tuin te doen en eind augustus, op een van de laatste warme avonden voordat de regens losbarstten zat er een publiek van vijftien personen naar Mozart en Salieri te kijken. Ook hebben mijn vriendin en ik een weekje mantelzorg bij haar ouders in het oosten van het land gedaan, inclusief tien dagen quarantaine vooraf enzo. Ook heb ik mijn moeder wat geassisteerd met ziekenhuisbezoek en hebben we haar later mee uit genomen. Allemaal goed gegaan qua corona en gezelligheid en alles. Aan de vaart in m’n leven heeft het niet veel bijgedragen.

Zoals Diamond de onderliggende ontwrichting beschrijft, ik geloof wel dat dat zo’n beetje klopt

Wel aan het lezen van boeken dus, want daar was tijd genoeg voor. Over de toestand van Amerika (één keer geweest, New York, Boston, Virginia) heb ik veel opgestoken uit het boek van Jared Diamond, Collapse: How Societies Choose to Fail or Succeed. Het is geschreven tijdens de Trump-tijd, maar in het hoofdstuk over de VS komt die naam niet eens voor. Zoals Diamond de onderliggende ontwrichting beschrijft, ik geloof wel dat dat zo’n beetje klopt. Maargoed, los van alle (geo)politieke zaken zijn er natuurlijk nog véél belangrijker wereldwijde gemeenschappelijke moeilijkheden zoals het klimaat, water, voeding, afval en energie…het wordt steeds lastiger om dat op een te bevatten schaal te zien, zelfs om er de juiste kennis over te vinden.

Ter verlichting lees ik trouwens ook wel eens wat anders. Zo ben ik ook groot fan van Bill Bryson, en lees nu The Road to Little Dribbling, over zijn leven als Amerikaan in Groot Brittanië. Ook heb ik een flink deel van het oeuvre van Hunter Thompson en Charles Bukowski, en een bescheiden hoopje Herman Brusselmans gelezen. En eens in de zoveel jaar moet ik weer even wat van Bob den Uyl of Maarten Biesheuvel lezen.

Ik ben dus zoekende naar een nieuwe eh… ambitie, of in ieder geval weer iets waar ik weer warm voor wil lopen. Dat lijkt iets nieuws te moeten zijn, alles wat ik heb gedaan geeft geen inspiratie, en mist urgentie. Bij het museum is dat momenteel nog wat lastig, omdat ik er pas in de coronatijd actief ben geworden. Daarvoor ben ik er nooit binnen geweest. Los van corona speelt er al jarenlang van alles rond de huisvesting en volgens mij ook het voortbestaan van dit museum. Lastig is het dus om in de sfeer van ‘het ons’ onder de medewerkers te komen en om mijn inzet te kunnen richten want er zijn weinig ontmoetingen. Geduld is ook hier een schone zaak, denk ik. En goed opletten op mogelijkheden, we gaan het zien, maar mijn (werkzame) toekomst zie ik als vrij onscherp.

Ik had trouwens nog niet van het Poldermuseum gehoord, maar de website ziet er heel goed uit (vergeleken met die van het Pieter Vermeulen Museum)

Nou, toch weer een veel te lang epistel geworden. Ik ben benieuwd naar je volgende brief.

Groeten,

Marc