Ik kan me niet aan het gevoel onttrekken dat de wereld in rap tempo grimmiger wordt
Beste Mirna,
Vandaag kreeg ik een kaart van mijn vriendinnetje in mijn handen gedrukt. Het was een van de printen van het boek ‘De jongen, de mol, de vos en het paard'. De tekst op de kaart (voorkant) luidde: "Wat is jouw beste ontdekking?", vroeg de mol. "Dat wie ik ben, genoeg is", zei de jongen. Ze had ‘m bewust aan mij gegeven, mijn vriendin. Ze zei dat ze aan me moest denken, toen ze de kaart zag liggen.
We lijken weinig op elkaar, mijn beste vriendin en ik. Rumag verkoopt tegenwoordig duo-shirts, waaronder ‘Blondie’ en ‘Brownie’. En dat geeft wel een beetje de essentie van de vriendschap weer; we kunnen bijna niet meer tegen elkaar afsteken. Ze is dus blond, ik bruin, zij richting de 1.80 m, ik tik net de 1.65 aan. Haar huis heeft een klassieke inrichting, met veel warmte, mijn woonkamer is vergelijkbaar met een IC; veel wit en weinig prikkels. Waar zij altijd overal vol induikt, kijk ik liever eerst de kat uit de boom. Zij bemoeit zich snel met allerlei zaken (en het wordt gewaardeerd), ik hou me vaak in en mensen vinden dat ik (dan) goed kan luisteren. Maar als het gaat om waar we snel van groeien of juist plotseling van kunnen breken, dan lijken we ineens als twee druppels water op elkaar.
Eén kritische opmerking van een kennis weegt vaak zwaarder dan tien complimenten van vrienden
Terugkomend op de tekst van de kaart; we leggen allebei de lat erg hoog voor onszelf en zoeken (ongewild) naar waardering en/of bevestiging van dat wat we laten zien en wie we zijn genoeg is. Eén kritische opmerking van een kennis weegt vaak zwaarder dan tien complimenten van vrienden.
We zijn ons bewust van het verlangen door iedereen gemogen te worden en kunnen van tijd tot tijd relativeren en toegeven dat een wereld waarin niemand iets op- of aan te merken heeft, een fata morgana is. Dit is altijd van korte duur, want het gevoel wint het vrijwel altijd van het verstand. Of het gevoel viert in ieder geval altijd even zege, voordat het hoofd zich ermee gaat bemoeien. Raar eigenlijk, dat we nooit precies hetzelfde DNA bij ons dragen, nooit beïnvloed kunnen worden door precies dezelfde omgevingsfactoren, eigenlijk nooit precies dezelfde persoon kunnen zijn en toch allemaal in de basis dezelfde behoeften hebben en vrijwel identieke gevoelservaringen kunnen hebben in contact met anderen. Opvallend is ook dat we elkaar enorm kunnen steunen vanuit de herkenning van deze gevoelens, zoals bijvoorbeeld de angst voor afwijzing en dan in de volle overtuiging allerlei sterkende kreten kunnen uitslaan, waarin heilig wordt geloofd voor de ander, maar niet voor onszelf. Het lukt ons bijna niet om onszelf te overtuigen dat we precies zijn wie we moeten zijn, maar we menen het oprecht als we het tegen een ander zeggen. Maar de uiteindelijke kracht zit ‘m niet in de woorden, maar in de aanwezigheid van de ander, in dit geval dus mijn beste vriendin. De verschillen houden onze vriendschap juist meer in balans dan de overeenkomsten, omdat we daarin meer kunnen leren van elkaar.
Waar ik in de start van mijn carrière amper te maken had met agressie, was het tien jaar later een dagelijks onderdeel van mijn werkdag
Je schreef in je brief dat, terwijl je mijn brief aan het lezen was over het plotselinge instorten van Eriksen op het EK, het nieuws van de aanslag op Peter R. de Vries binnenkwam. Nog geen week later is hij uiteindelijk overleden. Ik kan me niet aan het gevoel onttrekken dat de wereld in rap tempo grimmiger wordt. Ik snap dat de aanslag hoogstwaarschijnlijk gerelateerd is aan het werk en de opvattingen van Peter, maar dat neemt niet weg dat we dagelijks overladen worden met allerlei wereldrampen en ‘nieuws’ over de achteruitgang of ondergaan van onze aarde. Enkele jaren geleden zag ik tijdens mijn eigen werk in de verslavingszorg al een grove stijging op het gebied van openbare psychiatrie en agressie. Waar ik in de start van mijn carrière amper te maken had met agressie, was het tien jaar later een dagelijks onderdeel van mijn werkdag. Uiteindelijk is dat ook de reden dat ik toen mijn ontslag heb ingediend; ik kreeg er niet genoeg energie meer van en verloor steeds meer het vertrouwen in een mooie wereld. Waarin ik zelf nog jaren moest bewegen, maar ook de generatie na mij, en die daarna. Door eruit te stappen kon ik niet zozeer de wereld veranderen, in tegendeel, maar ik kon wel invloed uitoefenen op mijn eigen ervaring van de wereld en daarmee ook wat ik uitdraag. Ik ben me er bewust van dat iets niet weg is, alleen omdat ik mijn gezicht heb weggedraaid. Maar ik geloof ook dat als ik meer goeie energie voel en uitstraal, dit zich ook als een olievlek verspreid in mijn omgeving.
Ik herken de meditatieoefeningen die je hebt opgeschreven. De hypnotherapeut heeft mij soortgelijke handvatten meegegeven. Tot op heden heeft het helaas nog niet gewerkt voor mij, omdat de spanning al uren van tevoren oploopt en ik deze moeilijk kan afremmen. Een erfenisje uit het verleden, uit de periode dat ik een burn-out had. Ik kan het wel plaatsen, maar heb het helaas nog niet genoeg onder controle. Ik ben nu aan het kijken of het werkt voor mij om bijvoorbeeld een goede cd op te zetten of een podcast. Zodat ik, of eigenlijk mijn hoofd, dusdanig wordt afgeleid dat er geen ruimte is voor storende gedachten. Ik had laatst ook een goed gesprek met een vriendin, die me zei dat het me ook veel op kon leveren door elk stapje als een grote te zien. Dus elke keer dat ik met anderen heb gereden, wat ik geen probleem vind, en daar de groei in te zien. En mezelf vooral niet blind te staren op de uiteindelijke wens. Daar zat voor mij ook wel een kern van waarheid in. Ik maak toch stappen; waarom kan ik dat dan niet als een goede ontwikkeling zien? Die zienswijze kan ik mezelf wel aanleren.
Fijn dat je weer wat foto’s hebt toegevoegd aan de brief. Ik ben het eens met je vrienden, de vazen van mozaïek zijn op zijn minst bewonderingswaardig. Maar, zoals je ook al schreef, de waarde zit ‘m niet in het tentoonstellen, maar in het proces. Grappig ook dat je Van Gogh noemde en het feit dat zijn werk pas verkocht nadat hij was overleden. Dat heb ik namelijk nooit begrepen, maar altijd willen snappen. Het blijft hetzelfde werk. Waarom is het dan niet gezien voor wat het waard is, toen hij nog leefde? Misschien heb jij er wel een idee over? Ik ben benieuwd.
Ik heb nooit echt geambieerd om zo ver naar voren te leven. Ik wil het liefst per dag bepalen hoe die dag en misschien de volgende er uit ziet.
Schrijven over mijn visie op de toekomst vind ik, net als jij, wel erg lastig. Ik heb nooit echt geambieerd om zo ver naar voren te leven. Ik wil het liefst per dag bepalen hoe die dag en misschien de volgende er uit ziet. Ik heb dan ook de grootste moeite met volgeplande weekenden, bijvoorbeeld als ik op zaterdag en zondag een verjaardag heb. Als het kan, probeer ik de zondag vrij te houden. Dan doe ik mijn huishouden, op een laag tempo, en besteed ik nog wat aandacht aan mijn uiterlijk, zoals een maskertje. Gewoon ontspannen, voor mezelf.
Als ik dan wel uitgelokt wordt om uitspraken te doen over het leven over tien jaar, dan denk ik dat er restanten van nu zijn geïntegreerd in de die toekomst, zoals mondkapjes, het vaccin en misschien ook wel een bepaald gemak bij het invoeren van een (zoveelste) lockdown, bij welke dreiging dan ook. Veel functies vinden thuis de uitvoering, wat ook invloed heeft op het verkeer (filevorming, het milieu). Misschien neemt het aantal ziekmeldingen ook wel af, omdat mensen meer ruimte krijgen in hun planning, doordat zij door de weeks, tijdens het thuiswerken wat huishoudelijke activiteiten kunnen doen en daardoor het weekend ook meer gaan ervaren, zoals het ooit bedoeld is, als vrije tijd, eigen tijd, een mogelijkheid om op te laden.
In het klein zie ik om me heen al dergelijke veranderingen. Het is bij ons, op het werk, nog steeds niet toegestaan om meer op kantoor te zijn dan strikt noodzakelijk. En de noodzakelijkheid is dan nog discutabel. Mensen maken steeds meer afspraken op werkdagen (loodgieter, tandarts) en blijven dan vervolgens de hele dag thuis. Ook als zij toestemming hebben om op kantoor te zijn (bijvoorbeeld met het inwerken van een nieuwe collega of uitprinten van documenten). Je ziet steeds meer dat men geen mogelijkheden meer aangrijpt om naar kantoor te kunnen, zoals aan het begin, maar bewust kiest om ‘lekker’ thuis te werken. Ook ik kan het werk veel makkelijker combineren met de hond. Ik hoef geen ‘oppas’ te regelen, dus ik bespaar geld en heb veel meer lichaamsbeweging dan ‘normaal’ nu ik vrijwel dagelijks met hem naar de Bussumse hei wandel. Een bijzondere verschuiving wel ... Waar bijna iedereen (van mijn team) eerst koos voor de gezelligheid van mensen, blijven ze nu net zo makkelijk thuis, alleen.
Voor nu, wacht ik weer op een brief van jouw kant.
Een hele mooie dag gewenst,
Karin