Ik ben niet meer 'die Nederlander'

Hi Sarah,

Hier ben ik weer met een handgeschreven brief. Deze week schrijf ik mijn brief in het weekend. Ik kan er nu rustiger voor zitten, kopje koffie, radio aan en mijn vriend is buiten met een groep buren afval aan het prikken. Er is een wedstrijd in Bos en Lommer:'De Schoonste Straat'. Onze straat wint nooit omdat met name kinderen zoveel afval op straat gooien, maar de Akbarstraat is onlangs tweede geworden. Mijn vriend 'prikt' nu met hen mee.

Hoe was je week? Hoeveel dagen werk je? En hoe ziet je werkdag eruit? Wat leuk dat je het helpen van mensen in je werk hebt gevonden? Zelf werk ik van maandag tot en met vrijdag, o nee, tot en met donderdag. M'n vrije vrijdag is heilig 😉

Ik heb eigenlijk geen hobby's. Nou ja, wat is een hobby? Normaal gesproken ga ik naar de bios (filmhuizen) en ook net als jij naar musea. Eigenlijk ontspan ik het meest op vrijdag, uitslapen, heerlijke huisgemaakte cappucino, twintig minuten hoepelen thuis via Youtube, een sportles bodyattack of bodypump, douchen en 's middags boodschappen doen of andere klusjes en afspraken.

Daarnaast heb ik dus een hoepel gekocht. Dat helpt ook om soepel te blijven.

Je vertelde dat je op werkdagen veel binnen zit. Ik probeer regelmatig even naar buiten te gaan: tweemaal zo'n 15-30 minuten wandelen in de wijk. Daarnaast heb ik dus een hoepel gekocht. Dat helpt ook om soepel te blijven. Ach ja, zo overleef ik het thuiswerken en dat bevalt me eigenlijk wel.

Heb jij de ruimte om thuis wat te sporten? In wat voor huis wonen jullie? Wij hebben een van de nieuwbouwwoningen van Eigen Haard kunnen kopen, een maisonnette, driekamerwoning..

Aha, je kinderen zijn al 'groter', lekker stel. Hoe doen ze het? Kunnen ze zich ontwikkelen zoals jij dat zou willen? Lief dat je schrijft dat je denkt dat ik een fantastische moeder zal worden. Ik hoop het ook, maar hoop ook dat ik mijn perfectionistische houding los kan laten als het nodig is, hihi. Ik merk dat ik door mijn eigen jeugd goed weet hoe ik het niet wil. Mijn ouders zijn gescheiden doordat mijn vader psychiatrisch patiënt werd door drugsgebruik. Het kon gewoon niet meer veilig zijn thuis. Voor mijn kinderen wil ik in ieder geval dat het fijn is thuis.

Ik heb nu een hele goede band met mijn moeder, zo fijn. En verder een kleine familie: nog een oom en tante die in de Spaarndammerbuurt wonen. Ik loop elke week hard in het park met mijn tante.

Wat verdrietig dat je zoveel familieleden hebt verloren en niet hebt kunnen zien. Waar wonen jouw ouders? En je schreef dat je geboren bent in Bos en Lomme. Waar? Het zou zo te lezen super voor je kinderen zijn om het land van hun vader te beleven! Weer heel anders dan Marokko denk ik: met piramides en de Nijl.

Ik ben het met je eens dat de Marokkaanse keuken heerlijk is, al die kruiden, zo smaakvol. Ik lust ook alles geloof ik. Laatst had mijn buurvrouw iets met koeienpoot gemaakt, haha. Tegenwoordig krijg ik veel chebakia, sellou, msemen, mmmm! Doe jij aan de ramadan? Wat is jouw favoriete recept?

Zo gezellig met een groep vriendinnen bijeenkomen. Heb jij echt een groep vriendinnen of meer 'losse'? Ken je ze al lang?

En ik zal je vertellen over de wijk. Ja, een lang verhaal met leuke en minder leuke gebeurtenissen.

En ik zal je vertellen over de wijk. Ja, een lang verhaal met leuke en minder leuke gebeurtenissen. Laat ik beginnen met de leuke dingen:

Er was ook een man die ik betrapte op het stelen van planten, ik maakte een slechte kwaliteit foto. Maar hij kwam twee keer langs om via een kaartje te bedreigen. Voordeel: via mijn nieuwe vriendin weet ik waar hij woont en wie het is. Die zie ik nu niet meer 🙂

Het ergste wat gebeurd is, is dat een groep kinderen van 10 tot 13 jaar vuurwerk via het balkon in huis gooide. Afschuwelijk, ziek. Ik heb ze achterhaald met hulp van veel buren en de politie heeft ze bezocht. Gelukkig kan ik het afsluiten nu.

Het feit dat ik door mijn vriendin vaak mee ga op bezoek helpt Omdat ik dan kinderen thuis zie, zo ontstaat er meer respect.

Nu, na een jaar Kolenkt, kan ik wel zeggen dat het iets beter gaat. Geen gescheld richting ons meer, een paar ettertjes heb ik gefotografeerd, achterhaald wie het zijn, en thuis bezocht. Dit helpt, al vraagt het veel van mijn, omdat als tegenreactie “vrienden “me dan terugpakken door tegen de deur te trappen. Gelukkig duurt dat dan drie dagen en is dan voorbij. Veel kinderen kinderen kennen me nu en groeten me. Het feit dat ik door mijn vriendin vaak mee ga op bezoek helpt Omdat ik dan kinderen thuis zie, zo ontstaat er meer respect. Dus ik heb goede moed voor het komende jaar en heb ik steeds meer een plek in de wijk, ben ik niet meer ‘die Nederlander’. Dus ja, dit zijn mijn ervaringen, herken je dingen of juist niet?

Het weekend was tot nu toe leuk. Mijn moeder kwam, we hebben geluncht, de markt bezocht en ik had zelf bounty‘s gemaakt (uit een kookboek om zonder pakjes en zakjes te koken). Vanmiddag lekker naar buiten en een YouTube les bodypump. Ben benieuwd naar jouw belevenissen, ik heb geen specifieke vragen.

Nou, het was een lange brief, ik heb er kramp van 🙂

Tot snel, liefs, Martine

PS de Ommetje app kan je stimuleren om meer te lopen tijdens een werkdag

Praatje pot

Hallo Bettie,

Wat fijn weer van je te lezen na een lange werkdag die eindigde met anderhalf uur luisteren naar collega’s in een Teams-vergadering. Kwaliteitsbevordering: heus zeer zinnig, maar in zo’n grote groep (meer dan twintig dames en één heer) word ik altijd een beetje slaperig. Ik bediscussieer het liever in een klein groepje, dat houdt me scherper. Na afloop was het heerlijk om even met Charlie naar buiten te kunnen. Helaas zag hij direct een kat toen we naar buiten kwamen. Hij vloog erop af! Uit ervaring weet ik dat hij me omver trekt als hij wegstuift, dus ik heb de riem maar losgelaten. Ik zit niet te wachten op een schouder uit de kom
 Na afloop trof ik mijn buurvrouw buiten, met wie ik eventjes heb staan kletsen. Het is net alsof je elkaar door corona ook overdag minder ziet. Nou, niet net alsof, het is gewoon zo. Mensen gaan toch minder naar buiten. Het was gewoon gezellig, even een ‘praatje pot’. Dat is voor mij veranderd door corona: voorheen praatte ik niet zo graag over koetjes en kalfjes, ik had wel beters te doen. Nu heb ik zelfs uit eigen beweging belangstelling voor de veestapel!

Vorig jaar moest ik dankzij corona met de stapel boeken naar het huis van de verteller fietsen

De familiegeschiedenis die je schrijft, ga je die ook uitgeven? Heb je er een uitgever voor, of laat je het boek in eigen beheer in een beperkte oplage drukken? Ik laat boeken altijd drukken bij Mijn Bestseller, maar ik heb collega-vrijwilligers die andere internetdrukkers weer prettiger vinden, zoals EZ Book. Het is maar net wat je gewend bent; ik ken Mijn Bestseller het beste en weet hoe het werkt. De mensen wiens verhalen ik opteken, betalen de boeken zelf, dus ik let altijd op de prijs, aangezien het niet mijn geld is. De dame wiens boek ik nu aan het afronden ben (ik heb net een hele avond foto’s bewerkt in Picasa), neemt er waarschijnlijk tien af voor haar familie.

Er zijn mensen die er slechts twee of drie willen hebben. Voeg je ook foto’s en andere documenten toe aan je boek? Ik vind oude zwart-wit foto’s altijd zo prachtig! Je wilde meer weten over mijn hobby: levensverhalen schrijven. Dat doe ik sinds 2014 en ik schrijf gemiddeld twee boeken per jaar, soms drie. Ik ben als vrijwillig schrijver verbonden aan de Stichting Haagse Levensboeken. Vanuit de stichting ben ik ook de vaste schrijver in een verpleeghuis bij mij in de buurt. Normaal gesproken wissel ik af tussen verpleeghuisbewoners en zelfstandig wonende ouderen, maar door corona kom ik op dit moment niet in het verpleeghuis. Er heerst af en aan corona, dus soms zitten ze helemaal op slot, wat ik heel triest vind voor de bewoners. Het is een huis voor patiĂ«nten met NAH (Niet Aangeboren Hersenletsel), vaak nog vrij jonge mensen onder de 65.

Het vorige boek dat ik heb geschreven was voor een dame die op de dagbehandeling kwam in het verpleeghuis. Toen het boek af was, was Nederland net in lockdown gegaan. Normaal gesproken is het overhandigen van een boek aan een verteller een feestje in het verpleeghuis. Koffie met cake, een bloemetje, een toespraak, foto’s voor in het huiskrantje. Vooral voor de verteller is het een heel bijzonder moment om zijn of haar verhaal in handen te hebben en soms ook best emotioneel. Vorig jaar moest ik dankzij corona met de stapel boeken naar het huis van de verteller fietsen. Ik plaatste de tas met boeken bij haar voordeur, belde aan en ging op meer dan twee meter afstand staan. De dame opende de deur en pakte de tas met boeken. Ik maakte een selfie van ons beiden -op afstand- en we kletsten nog een beetje, en dat was het dan!

Ook het boek waar ik nu mee bezig ben zal niet in het bijzijn van alle kinderen en kleinkinderen kunnen worden overhandigd. Dat had de vertelster wel graag gewild, maar met een beetje geluk kan hoogstens haar dochter aanwezig zijn als ik haar de boeken kom brengen. Mensen die hun levensverhaal willen laten schrijven, melden zich (al dan niet via hun kinderen of een ouderenwerker of een casemanager) bij onze stichting. We hebben vier ‘ambassadeurs’ die ieder een clubje schrijvers ‘aansturen’ (is een beetje een groot woord hoor) en zij matchen vertellers met schrijvers. De ambassadeurs organiseren ook schrijverskringen zodat de schrijvers ervaringen kunnen uitwisselen en van elkaar kunnen leren. Ik ben zelf niet aangesloten bij een schrijverskring, omdat ik ook al bestuurslid ben van de stichting, en daarnaast een bijna fulltime baan heb. De meeste schrijvers zijn gepensioneerd, die hebben iets meer tijd 😊.

Wat ik zo leuk vind aan het schrijven van levensverhalen is de geschiedenis die ieder mens met zich meedraagt

Als schrijver heb ik altijd ‘werk’ gehad in de afgelopen jaren. Er staan nu alweer twee vertellers te wachten tot ik beschikbaar ben. Helaas voor hen heb ik geen tijd om twee verhalen tegelijkertijd te schrijven! Het schrijven vind ik een bijzonder proces. Ik kom gemiddeld vijftien keer twee uur bij een verteller. De eerste bijeenkomst bestaat uit kennismaken, en ik begin ook altijd met een stamboom, zodat ik een beetje weet wie wie is in het verhaal. Ik begin altijd bij het begin: wat weet iemand over zijn geboorte (van horen zeggen natuurlijk). Wie waren zijn ouders, welke herinneringen heeft iemand aan eventuele grootouders, de vroegste jeugd etcetera. Zo lopen we in een aantal ontmoetingen samen door zijn of haar leven van vroege jeugd tot heden. Tegen het einde verzamel ik foto’s en andere documenten, die ik hier thuis scan en bewerk. Pas als de hele tekst klaar is voeg ik de foto’s toe, en dan moet het boek vorm krijgen op de site van de internetdrukker.

Wat ik zo leuk vind aan het schrijven van levensverhalen is de geschiedenis die ieder mens met zich meedraagt. De verhalen over hoe het vroeger was, en hoe de verteller was als kind, als jongere. Ik probeer altijd te beschrijven hoe die persoon was toen hij of zij jong was, om daarmee bij kleinkinderen het besef te kweken dat hun opa of oma ook ooit zo jong is geweest als zijzelf nu zijn. En verder houd ik gewoon van schrijven. Ik probeer het verhaal op een boeiende manier te vertellen, en er toch de eigenheid van de verteller in te leggen. Ik heb een programmaatje waarmee ik Nederlandse zinnen kan omzetten in fonetisch Haags, dat is soms wel handig! Het moet natuurlijk ook een goed verhaal zijn met een bepaalde cadans van korte en lange zinnen, en geen ‘en toen, en toen’.

Ik ben blij dat ik een paar jaar geleden het levensverhaal van mijn vader heb geschreven. Hij is vorig jaar september vrij plotseling overleden, midden in coronatijd, hoewel dat gelukkig nog was vóórdat mondkapjes verplicht waren. Dat besef ik nu natuurlijk. Destijds mochten we in het ziekenhuis met niet meer dan één bezoeker tegelijk naar het bezoekuur komen, en doordeweeks was er slechts één bezoekuur per dag. Lange files voor de liften vanwege het feit dat je slechts met twee mensen tegelijk in een lift mocht staan, dus mijn moeder moest zorgen dat ze op tijd in het ziekenhuis was.

Mijn vader brak zijn enkel begin augustus. Hij raakte toenemend verward en werd drie dagen na de breuk opgenomen in het ziekenhuis. Ze hebben hem gedurende drie weken grondig onderzocht, maar de artsen hadden geen goede verklaring voor zijn achteruitgang. Gelukkig heeft zijn lijdensweg niet langer dan drie weken geduurd. Achteraf werd geconstateerd dat hij in een toch wel gevorderd stadium van Alzheimer had verkeerd, wat ons als familie verbaasde, en toch weer niet. Dementie vermoedde ik al een tijdje, maar niet het vergevorderde stadium.

Eigenlijk vonden we het ook wel weer mooi, zo’n rustig en ingetogen afscheid, het paste wel bij mijn vader

Ben ik toch precies hetzelfde als al die andere kinderen die vaak tegen mij zeggen: “Oh, maar mijn moeder hoort niet op een gesloten afdeling thuis hoor, ze is nog niet zo slecht als die mensen daar.” Een crematie in coronatijd was ook weer anders dan anders. Minder mensen die bij de uitvaart konden zijn bijvoorbeeld, en voorafgaand aan de dienst mochten slecht vijf naasten bij elkaar in de aparte kamer zitten. Eigenlijk vonden we het ook wel weer mooi, zo’n rustig en ingetogen afscheid. Het paste wel bij mijn vader, een bescheiden man die een hekel had aan blaaskaken.

In januari van dit jaar hebben we de as verstrooid, en na afloop mocht natuurlijk slechts één persoon met mijn moeder mee naar huis. Dat vond ik naar. We hebben een beetje gesmokkeld: onze zoon en ook onze hond zijn meegegaan naar mijn moeder. We hebben samen een gebakje gegeten (het was die dag mijn vaders verjaardag), later een patatje gehaald bij de snackbar en aan het begin van de avond reden we weer naar Den Haag. Tenslotte konden we het vanwege de avondklok niet al te laat maken. Allemaal dingen waar je in deze tijd rekening mee moet houden.

Kortom uitermate teleurstellend, zullen we maar zeggen
 Grappig dat je je schaatsen aan de wilgen hebt gehangen! Hebben ze lang in de boom gehangen, of heeft iemand ze meegenomen? Goede manier van hergebruik (of re-use), als je zelf niet meer schaatst en een ander jouw schaatsen hergebruikt. Tja, soms is het gewoon tijd om ergens mee te stoppen, maar dat is niet altijd gemakkelijk; wel verstandig waarschijnlijk! Ik heb ook niet geschaatst, maar ik ben er niet goed in, dus dat was niet zo moeilijk. Ik denk dat mijn schaatsen ergens op de vliering liggen; ik zou het eigenlijk niet eens weten
 Wat wel op de vliering ligt is een koffer vol met LP’s, maar we hebben geen platenspeler meer. Mijn man is binnenkort jarig en nu heb ik voor hem een nieuwe platenspeler besteld, zo’n koffermodel. Die had ik vroeger ook: de box zat in het deksel verwerkt. Ik was er zo gek mee als tiener! Ook daarmee worden de LP’s dan ‘ge-reused’, al is de platenspeler dan nieuw (minpuntje 😊).

Ik doe dit hele jaar mee aan ‘52 Weken Duurzaam’, een leuke actie. Iedere week krijg ik een mail met een thema voor de komende zeven dagen, een soort uitdaging. Deze week was dat: geen vlees eten, maar dat is voor mij niet moeilijk omdat ik toch al vegetarisch eet. Vorige week ging het erom je voetafdruk te verkleinen, en dat moest je doen door het gebruik van zoveel mogelijk spullen te verminderen. Een hele goede tip die ik nu naleef: gebruik minder shampoo, douchegel, tandpasta, wasmiddel. Ik heb het geprobeerd, en het is zeker mogelijk!

Ik vind het knap dat jouw man het plastic van het papier scheidt van een kaasverpakking, dat is echt veel werk. Ik doe dat wel van bijvoorbeeld een gebaksdoos: deel is karton en vaak is de bovenkant doorzichtig plastic. Zo’n doos haal ik dus ook uit elkaar
 Ik hoop dat mijn kinderen dit later zelf ook zullen naleven. Ik heb het er wel vaak met ze over en we zijn ook alle vier bewust gestopt met het eten van vlees. Zelfs mijn zoon, die toch wel een vleesliefhebber is.

Ik hoop dat we over zeven jaar allemaal (alle 17 miljoen Nederlanders) onze voetafdruk op de aarde hebben verkleind door te consuminderen en minder vlees te eten
. Wat een leuk idee om elkaar met de fiets bij de grens te ontmoeten en ieder aan de eigen kant van de grens te blijven. Noodgedwongen, maar het is tenminste iets. We leven toch wel in een hele vreemde wereld op het ogenblik. Nou, ik eindig met een foto van onze hond Charlie. Onze dochter heeft de foto gemaakt, ik vond ‘m wel schattig.

Blijf gezond!

Groetjes, Annemieke

Wat is nou een echte moeder-moeder?

Lieve Roos,

Wat schrijf je leuk!! Vlot, grappig, met zelfinzicht en zelfspot, alsof je makkelijk vanuit je hoofd, naar je hart, naar de woorden op papier komt. 

Je schetst vanuit een ogenschijnlijk losse pols een beeld van jezelf, je moederschap, je gezin, je werk en langzaam ontvouwt zich er in mijn hoofd een beeld van jou. Ik voel herkenning en het maakt me nieuwsgierig. Ik heb je heel bewust nog niet gegoogled. Leuk om straks te kijken welk gezicht er bij dit leven hoort. Net zoals bij het lezen van een goed boek maak ik een beeld van jou en kan ik mijn fantasie de vrije loop laten. 

En ik ben natuurlijk rete-benieuwd naar je relatie met de kerk. Hahaha. Ik ervaar een zeker ongemak bij jou en daar ga ik altijd op aan. Dat is een ding van mij. Daar waar het spannend wordt of ongemakkelijk, dan wil ik weten hoe het zit, beetje blootleggen, beetje peuren. Ik wil dan weten waar dat vandaan komt? Niet eens perse het geloof, maar het ongemak daarbij. Wat is dat ongemak?

Ik als stedeling, een geboren en getogen Amsterdammer, weet zo ongelofelijk weinig over het geloof

Misschien door wat je schrijft over dat je zelf geneigd bent om die keuze te gaan uitleggen of verdedigen. Daar zou ik uit op kunnen maken dat de mensen om jou heen dat geen vanzelfsprekende keuze vinden. Eerlijkheidshalve moet ik meteen maar bekennen, dat ik dat ook niet zo vanzelfsprekend vind en er ook gelijk een beeld bij krijg. Suf is dat. Zoals we geprogrammeerd zijn meteen in hokjes te denken of dat je meteen een aantal aannames hebt.

In mijn vriendenkring heb ik geen mensen om mij heen die naar de kerk gaan. Ik als stedeling, een geboren en getogen Amsterdammer, weet zo ongelofelijk weinig over het geloof. Het is bijna schandalig, zo weinig ik weet. Mijn vader was geloof ik katholiek (en dat weet ik niet eens zeker) maar die heeft daarvan niets overgedragen.

Het enige waar ik het tegenkom is in mijn werk en bij mijn kinderen op de openbare basisschool in Amsterdam Oost, met veel kinderen met een Turkse en Marokkaanse achtergrond en bij hen speelt Allah als vanzelfsprekend een rol in hun leven en in die van hun ouders. Ik heb wel een lading vriendinnen die al mediterend, chantend en yoga’end door het leven gaan, dus het is er wel natuurlijk. Geloof kent vele vormen.

Ik ben benieuwd wat het je brengt? Of het ĂŒberhaupt een keuze is geweest? Ik zelf geloof niet echt, al geloof ik ook niet niets. Ik ben natuurlijk net zoals ieder ander op zoek naar betekenis en zingeving. Ik weet alleen zo weinig van God. Ik ben denk ik ook een hele pragmatische 'ietsist' en geloof wel dat er iets is. Iets groters, iets ongrijpbaars, iets spiritueels, iets om je aan vast te houden als het leven je omver blaast. 

Mijn lijf en brein waren op hol geslagen en ik voelde me vreselijk schuldig, dat ik niet gewoon kon genieten, maar alleen maar zorgen had

Ik ben ooit begonnen met mindfulness en meditatie toen ik in psychisch zwaar weer verkeerde. Net na de geboorte van mijn eerste dochter. De spanning van het zo graag goed willen doen, die verrekte hormonen, een zekere aanleg voor zorg en spanning, een paar lekkere jeugdtrauma's natuurlijk, een flinke dosis onzekerheid en dat in combinatie met het prille moederschap en extreme slapeloosheid, maakte dat ik een constante gejaagdheid en paniek ervaarde. Mijn lijf en brein waren op hol geslagen en ik voelde me vreselijk schuldig, dat ik niet gewoon kon genieten, maar alleen maar zorgen had.

Het feit dat ik erop zat... Dat opvoeden mijn werk is, met genoeg kennis over hechting en responsief ouderschap. Dat maakte dat ik zo ongelofelijk bang was om het niet goed te doen. Ik was de eerste weken enorm naar de klote en dacht, wat als ik hem beschadig? Onherstelbaar beschadig? Kan ik hem wel geven wat hij nodig heeft om op te groeien tot een gezond, evenwichtig, veilig gehecht kind, dat met vertrouwen in het leven staat?

De drie minuten ademruimte, de mantra's, het stilzitten op een matje en de oefeningen in zorgzame aandacht voor mezelf maakte dat ik weer vertrouwen kreeg in mezelf. In mijn kern, in de toekomst, in het moederschap en in de imperfecties die bij het leven horen. Ook leerde ik toen voor het eerst echt dat ik veel meer kan dragen dan ik aanvankelijk dacht aan te kunnen. Dat ik dat zelf kon (met hulp van mijn omgeving uiteraard) maar vooral ook zelf. Door met aandacht bij mezelf en de ander te blijven, in het hier en nu. Door te leren geloven dat dingen die moeilijk zijn ook weer voorbij gaan. Door te hopen, te leren, te ademen, te vertrouwen dat het is zoals het zijn moet. Nu ik dit schrijf denk ik, tja dat is natuurlijk geloven. Dat het groter is, dat het een bedoeling heeft en dat je er doorheen komt.

Je schreef in je brief, ik ben niet zo’n moeder-moeder. Ook zo’n construct. Wat is nou een echte moeder-moeder? Een moeder is een moeder, op je eigen manier, vanuit wie jij bent, met of zonder knutselen en koken.

Dan ben je weer een curlingouder, dan weer te veel gericht op het resultaat. Het is nooit goed, nooit goed genoeg

De een is thuis met koekjes en thee, de ander werkt vijf dagen in de week. We leven in een wereld waarin we veel vinden. Vooral die moeders van ons, met hun diepgewortelde ideeën over hoe het hoort. We nemen elkaar lekker de maat, kijken met scheve ogen naar elkaar. Waar is de onderlinge solidariteit? Ik word ook zo vreselijk moe van al die opvoedartikelen. Dan ben je weer een curlingouder, dan weer te veel gericht op het resultaat. Het is nooit goed. Nooit goed genoeg.

Ik vond het vooral de eerste jaren erg, al die oordelen, maar toen was ik er denk ik ook nog heel gevoelig voor. Nu ze op school zitten en ik meer tijd heb, meer werk, meer vrije tijd, meer mijn eigen dromen najaag, meer plezier heb buiten het gezin, meer uitga, en meer sjans, voel ik mij een betere moeder, dan toen ik er met mijn snufferd bovenop zat.

Toen wilde ik uit alle macht pijn, tegenslag en hartzeer voorkomen, met een hyperfocus op het goed willen doen. Gelukkig was dat bij mijn tweede dochter niet meer haalbaar en moest ik leren loslaten en accepteren dat falen onderdeel van het leven is en dat een zesje goed genoeg is. Vaak ben ik lief, geduldig, warm en soms (en soms vaak) kortaf, geprikkeld en ongeduldig en pak ik ze als ze niet goed luisteren, net ietsje te hard vast (heel soms, niet vaak)
  Zoals aan het begin van de lockdown.

Ik moest ook enorm lachen om je rugzakjesverhaal. Dat was toch gewoon een poging om aan je kind te laten zien dat er ook veel leed is in de wereld en dat ze zich gelukkig mogen prijzen met hoe bevoorrecht zij als kinderen zijn?

Je schrijft dat je bereid bent om kritisch naar je leven te kijken? Heb je bepaalde voornemens om dingen anders aan te pakken of te bezien? Heb je plannen om het roer om te gooien?

Als ik kijk naar hoe het nu gaat met mij, ons gezin, mijn relatie met mijn man, de mensen om mij heen dan denk ik, het zit wel redelijk snor. Al zouden we wel meer met elkaar mogen praten. Vrees dat we elkaar wel een beetje voor lief nemen en weinig echt oog hebben voor elkaar.

Ik heb behoefte om uit te vliegen, het leven te absorberen, mezelf te ontplooien, te dansen op de vulkaan

Ik had in alle coronawaanzin, het 24-7 samenzijn, ook niet echt de behoefte om met hem in dat stuk te gaan zitten. Ik heb wel een bepaalde afstand nodig merk ik. Ik heb daar sowieso de afgelopen twee jaar behoefte aan gehad, om die andere kant van mezelf weer wat meer te ontdekken, niet alleen maar de focus op het nest.

En echt hoor, ik ben ook geen moeder-moeder, maar ik vind dat moederschap zo bepalend in wat je bent, vooral die eerste jaren van slaaptekort, driftbuien van peuters en strijd aan de eettafel. Ik heb behoefte om uit te vliegen, het leven te absorberen, mezelf te ontplooien, te dansen op de vulkaan en dat gaat soms ook een beetje te veel over het ik. Tikkeltje egocentrisch is het wel en dat vindt mijn man ook.

Hij is introverter dan ik, niet zo proactief en dat kan ik in deze tijd goed voelen. Dat we zo wezenlijk anders zijn. Hij conformeert zich makkelijk en ik heb altijd iets meer ruimte en tijd voor mezelf nodig. Ik wou dat hij dat zichzelf wat meer zou gunnen. Want ik weet dat het hem goed doet.

We zijn nu dertien jaar samen, we zouden dit 28 april vieren en uiteten gaan en dat ging natuurlijk niet door vanwege de maatregelen. Ergens had ik gehoopt
 - dat ik het nog hoop en stiekem verwacht is mij ook een raadsel, want ik zou beter moeten weten hahaha - dat hij thuis zou zitten met bloemen, bubbels en hapjes. Hij had er weinig aandacht aan besteed, het huis was een puinhoop. Je had mijn gezicht moeten zien. Is goed gekomen hoor!

Dan denk ik, al die verwachtingen
 al die oordelen die we van en over het leven hebben, van onszelf, de liefde, het gezin, het ouderschap, de kinderen, het werk, het geloof, de vriendschappen.

Het leven gaat om bijstellen, iemand zien voor wie hij of zij werkelijk is en daar aandacht voor hebben. Niet je idealen, wensen, verlangens bij een ander leggen, maar vooral kijken naar het stuk waar je zelf invloed op hebt.

Dat is iets waar ik wel wat meer naar zou willen kijken en ook wel samen met jou.

SJEZUS wat een relaas weer. Ik ben nogal lang van stof


Heel veel liefs,

Sasha

In 2027 zie ik vooralsnog niks nieuws onder de zon

Ha Elise,

In 1966 publiceerde A. den Doolaard een toekomstroman, De goden gaan naar huis,  die berustte op een zijns inziens verantwoorde extrapolatie: het doortrekken van de toen al zichtbare ontwikkelingslijnen naar een onbepaald tijdstip tussen 1970 en 2000, dus vier tot vierendertig jaar later. Na een zomer van milieurampen door klimaatveranderingen wegens de afbraak van de ozonlaag, komt er een geheimzinnige virale ziekte over de beschaafde wereld. De virale epidemie wordt bij overgang van mens op mens steeds virulenter en het virus heeft een voorkeur voor de koude gebieden.

In 1966 publiceerde A. den Doolaard een toekomstroman, De goden gaan naar huis

De goden uit de boektitel, die zijn de Parthenon (of Elgin) Marbles, de marmeren fragmenten van de Acropolis, waaronder een Kariatide, een gebeeldhouwde vrouwenfiguur als pilaar. De Graaf van Elgin, Thomas Bruce, de Britse ambassadeur, bracht deze marmerstukken naar Londen en omdat hij geld nodig had, verkocht hij die in 1806 aan de Britse regering. Beschouwd als Brits staatseigendom werden deze marmerstukken vanaf 1816 in het British Museum tentoongesteld. Griekenland heeft geprobeerd deze stukken terug te krijgen, maar vergeefs.

Welnu, in de roman doet een Griekse archeoloog aanvankelijk ook vergeefse pogingen om de marmerstukken terug te halen. Wanneer wereldwijd door het virus de ontreddering optreedt, maar niet in Griekenland, haalt de archeoloog de beelden op en plaatst die terug in het Parthenon. Maar dan bereikt de ramp ook Athene: de goden zijn te laat teruggekeerd!

'Overmorgen : de benauwende mogelijkheid van een wereld die te gronde dreigt te gaan aan een overmaat van vernuft en een tekort aan wijsheid.'

Den Doolaard krijgt voor zijn literaire werk een prijs die hem naar India voert. De verworvenheden van die cultuur kan hij nu leggen naast die van het Westen en met meer afstand nu, komt hij tot een oordeel over dat Westen: ‘Wat ik voor ogen kreeg was dikwijls weinig aanlokkelijk en nog minder vertrouwenwekkend. Geen geborgenheid zoals daarginds in het grote scheppingsgeheim, samen met broeder beest en zuster natuur ; maar een barse overheersing van de hele biosfeer door een wezen dat zich de kroon der schepping waande en dat de dierlijke en dus natuurlijke voedsel- en paringsnijd had laten uitgroeien tot schaamteloze agressiedrift : agressie tegen andersdenkenden, agressie tegen mensen van een andere huidskleur, agressie tegen de natuur, die meedogenloos werd uitgebuit om winst . Jarenlang had ik mij bezorgd gemaakt om het atoombomgevaar dat met een klap de hele menselijke beschaving kon vernietigen. Nu ging ik door lectuur en waarneming andere en sluipender gevaren zien : overbevolking en milieuvergiftiging. Maar de grote meerderheid van de mensen was toekomstblind; ze hadden het te druk met winstmaken en met het botvieren van hun machtswellust om aan overmorgen te denken. Overmorgen : de benauwende mogelijkheid van een wereld die te gronde dreigt te gaan aan een overmaat van vernuft en een tekort aan wijsheid.’

In 2027 zie ik vooralsnog niks nieuws onder de zon. De hierboven beschreven mentaliteit beperkt zich overigens niet tot het Westen!

Alle goeds,

John

Tussen hart en hersenen

Ha Elise,

 Ik ben even het bed uit gestrompeld om de thuisbezorgde medicatie in ontvangst te nemen voor de jichtaanval in mijn linkerenkel en rechterknie die gisteren begon. En nu ik eenmaal sta en nou zit, neem ik de gelegenheid te baat je te schrijven.

Zoals ik al aangaf, associeer vrij, alsjeblieft, en voor mij zelfs bij voorkeur. Dat draagt bij aan je authenticiteit.

Opmerkelijk dat je begint met werk en de daarmee gepaard gaande status. En over de strijd tussen hart en hersenen. En over geen ‘nee’ kunnen zeggen. Daar ben ik ook mee bezig; daar kom ik later op terug.

 â€˜Elise, de vrouw die van zichzelf is’. Vandaag heb ik een aantal boeken besteld van de net overleden Mischa de Vreede. Het boek van haar dat ik niet besteld heb, is getiteld ‘Eindelijk mezelf’. Toevallig hĂš. Je kent de sketch van Herman Finkers over toeval? Als ik eraan denk, plooit zich als vanzelf een glimlach, ook omdat ik hem sympathiek vind.

Anders dan in de reclame erover wordt gesteld, kent het immuunsysteem bij vrouwen een inherente zwakte omdat vrouwen immers het opgroeiende ‘vreemde’ kind in zich immunologisch moeten tolereren.

Ik begrijp waarom Marilien (haar moeder is je vriendin, noteerde ik) ons koppelde gezien al wat je schreef over jezelf en je familie. Het boek van Sharon Moalem heb ik besteld, en meer. Ook zijn (ik had verwacht ‘haar’) boek ‘Het sterke geslacht’, want anders dan in de reclame erover wordt gesteld, kent het immuunsysteem bij vrouwen een inherente zwakte omdat vrouwen immers het opgroeiende ‘vreemde’ kind in zich immunologisch moeten tolereren. Auto-immuunziekten komen meer voor bij vrouwen dan bij mannen. Maar dat vrouwen ‘het sterke geslacht’ zijn, dat vind ik weer wel maar dan meer karakterologisch. Ik heb in mijn werk veel met vrouwen te maken gehad, o.a. omdat ik in abortusklinieken heb gewerkt. Op dat spreekuur ging ’t meer om het gesprek (en vaak een serie gesprekken), dan om de behandeling zelve.

 Het Gouden Boekje ‘Meneer de hond’ heb ik op internet gevonden.

Mijn vrouw is in september 2017 overleden. Vanaf 2010 was ik haar mantelzorger en gelukkig kon ik toen van huis werken als arts-onderzoeker. In 2017 werd zij tenslotte opgenomen in een verpleeghuis vanwege haar dementie met psychose; de laatste maanden hebben ik en later ook de drie kinderen bij haar op kamer geslapen. De verzorging in het verpleeghuis was uitstekend en ik ben daarom vrijwilliger en voorzitter cliëntenraad geworden op deze locatie.

Van jongs af aan doe ik denkoefeningen.

 Ik ben alleenwonend, op de zestiende verdieping van een gebouw in Amsterdam West. Mooi is van hieruit de zonsondergang te zien boven de duinen van Zandvoort. Ik ben evenwel niet eenzaam. Van jongs-af-aan doe ik denkoefeningen en één ervan is hoe ik mij zou voelen als ik in mijn doodskist lig, zoveel meter onder de grond, en ik word wakker. Ik zou niet in paniek raken maar in mijn denkoefening merk ik wel een verschil of je alleen bent of als er een ander levend wezen naast je ligt (wel een aaibaar dier, als ’t een dier is).

 Ik heb regelmatig boeken gelezen over het leven in concentratiekampen, als model voor een onzeker leven in de schaduw van de dood, of anders gezegd voor de overlevingsdrang van mensen. Mensen zonder toekomst, maar het instinct tot leven blijft intact. Wat de toekomst betreft, mijn toekomst: ik ga ervan uit dat ik nog vier jaar leef. Dan ben ik 74 en mijn leven is dan wel voltooid. Mijn vader was 62 bij zijn overlijden in 1977. Hij had dezelfde aandoeningen als ik en, afgezien van onze genen, toont dat de vooruitgang van de medische mogelijkheden sindsdien. Mijn moeder is 86 geworden.

Zo, ik ga nu even naar bed. Het weekend is helaas druk vanwege de opgelopen achterstand. En waarom ik ’t mij zo druk maak als 70-jarige, dat vertel ik je in mijn volgende brief.

Hartelijks,

John